Afgelopen week heeft het commissiedebat kinderopvang plaatsgevonden.
In het debat hebben leden van de SGP-fractie vragen gesteld over hoe er in 2024 omgegaan wordt met het toezicht in de gastouderopvang op grond van de Warenwetregeling voor speeltoestellen en kinderbedden- en boxen. De vraag werd gesteld in het licht van de voorgenomen vrijstelling voor gastouders per 01-01-2025.
De minister heeft haar antwoord schriftelijk verstrekt en deze luidt als volgt:
“In de huidige situatie houdt de GGD toezicht op de veiligheid van de gastouderopvang en inspecteert periodiek alle gastouders en gastouderbureaus. Indien de GGD constateert dat er geen sprake is van verantwoorde kinderopvang, kan de gemeente handhavend optreden. De NVWA houdt reactief toezicht op speeltoestellen bij gastouders, waarbij de toezichthouder in actie komt bij melding van een ernstig ongeval. Ook in de periode tussen nu en 1 januari 2025 zal de NVWA bij een eventuele melding actie ondernemen.
Die actie zal bestaan uit het doorgeven van de melding aan de toezichthoudende GGD. In het mogelijke geval dat de GGD niet voldoende kan reageren op de melding, kan de NVWA ingrijpen. Formeel toezeggen dat de NVWA helemaal niet zal handhaven is niet mogelijk omdat dit tegen de geldende regelgeving in zou gaan.”
Wat houdt dit in de praktijk nu in voor de periode tot 01-01-2025?
De minister geeft aan dat bij een melding bij de NVWA, de NVWA deze melding niet zelf opvolgt maar doorgeeft aan de GGD. De GGD zal vervolgens nagaan wat er precies gebeurd is en of een inspectiebezoek (incidenteel toezicht) dient te worden verricht. Dit zal in overleg gaan met de betreffende gemeente nadat er informatie is ingewonnen bij de gastouder en het gastouderbureau.
Hoe gaat de GGD verder om met deze melding?
GGD-GHOR heeft in juli 2023 een Q&A opgesteld met advies voor de toezichthouders, deze blijft momenteel ongewijzigd. Houd er rekening mee dat om een advies gaat. Een toezichthouder kan zelfstandig beslissen om van het advies af te wijken.
Alleen indien de GGD niet voldoende kan reageren en dit kenbaar maakt bij de NVWA kan de NVWA alsnog formeel als toezichthouder optreden.